De Siamees is een lange, elegante kat. Het lichaam is lang, de hals is lang, de poten en de staart zijn lang.
Het ras is middelgroot maar mooi gespierd.
De Siamees is een kat van uitersten. De kop is een lange driehoek. De hoge oren zijn op het hoofd geplaatst om een voortzetting van deze driehoek te zijn. De neus is lang en recht. De poten zijn lang en slank. De staart is lang en loopt taps toe in een punt. De ogen zijn amandelvormig en helder blauw.
De Siamese vacht is kort, glanzend en ligt dicht tegen het lichaam aan. De schoonheid van de Siamese kat zit in de uitstraling van het slanke lichaam, de blauwe ogen en het contrast tussen de kleur op het lichaam en de donkerdere kleur van de extremiteiten. Dit contrast wordt kleurbeperking genoemd, of, meer algemeen, pointing. De kleur van de vacht op de oren, staart en voeten heeft een andere kleur dan die van het lichaam, en deze donkere kleur gaat geleidelijk over in de lichtere kleur van het lichaam. Het gezicht vertoont ook een masker van dezelfde diepere puntkleur. Het masker bedekt het gezicht, omgeeft de ogen en bedekt de snorhaarkussentjes. Het masker is kleiner bij een kitten en wordt geleidelijk groter naarmate ze groeit.
Persoonlijkheid:
De Siamese kat is niet alleen mooi, maar ze is ook zeer intelligent. Ze kan worden getraind om aan de lijn te lopen. Deze intelligentie betekent echter niet dat ze kan worden opgeleid om alles te doen wat u zou willen. Zoals de meeste andere hoog intelligente rassen, heeft de Siamees haar eigen verlangens.
De Siamees is een aanhankelijke kat en verlangt van haar ouder evenveel toewijding voor haar als zij voor haar ouder is. Haar ouder moet aanhankelijk zijn voor de Siamees en tijd maken om met haar te spelen.
Het leven met:
Met haar lange, gespierde lichaam, zal gewichtstoename snel te zien zijn bij de Siamees. Siamezen vertonen een dikke buik na een dag te veel gegeten te hebben. De voeding moet zorgvuldig gecontroleerd worden. De lange, slanke benen zijn niet gemaakt om een dik lichaam te dragen.
Siamezen zijn grote springers en houden van hoogtes, dus zitstokken en kattenbomen moeten worden verstrekt. Siamezen houden van spelen en waarderen speeltjes rond het huis voor hun plezier. Hoewel de vacht weinig verzorging nodig heeft, associëren Siamezen borstelen met genegenheid en zullen graag tijd doorbrengen met verzorgd te worden.
De Siamees, zo elegant als ze eruit ziet, kan een echte schootkat zijn. Ze is uiterst aanhankelijk en zal naast haar ouder slapen.
Geschiedenis:
De mooie Siamees is de legendarische tempel kat van de koning van Siam. De katten werden door de koning niet alleen gewaardeerd om hun exquise schoonheid, maar ze werden ook gebruikt als waakkatten. Siamezen werden neergezet op hoge zuilen rond de troon van de koning. Als iemand de koning bedreigde, sprongen de katten van de pilaren op de persoon af. Door de grootte van de Siamezen, hun kracht en hun vermogen om van een hoogte naar beneden te springen, zouden zij de persoon op de grond slaan. Als het nodig was, krabden ze in het gezicht van de persoon die dacht dat hij de Koning van Siam kwaad kon doen.
Niemand weet of deze legende waar is, maar de kat die gezien werd door de Duitse naturalist en ontdekkingsreiziger Peter Simon Pallas kan een Siamees geweest zijn. Deze kat werd opgemerkt in Pallas’ verslagen over verkenningen van de Kaspische Zee in de jaren 1700. Pallas beschreef haar als een kat met “oren, poten en staart … heel zwart. Ze is van middelmatige grootte, heeft iets kleinere poten dan de gewone kat en de kop is langer naar de neus toe.”
De eerste Siamese katten in Europa waren een geschenk van de koning van Siam aan het Engelse consulaat-generaal in Bangkok in de late jaren 1800. De eerste Siamese katten in de westerse kattenliefhebberij werden Pho en Mia genoemd. Zij waren een fokpaar dat in 1884 door Owen Gould naar Engeland werd gebracht. De kittens van Pho en Mia werden door de zus van Mr. Gould tentoongesteld op de Londense show die in 1885 in het Crystal Palace werd gehouden. De eerste Siamese kat in de Verenigde Staten was ook een geschenk van de Koning van Siam aan een vriend. In de late jaren 1890 en vroege jaren 1900, werden Siamese katten in Noord-Amerika geïmporteerd uit Groot-Brittannië, Frankrijk, Japan en Siam. De Siamees bleef enigszins zeldzaam tot na de Tweede Wereldoorlog, toen ze snel nummer één werden in termen van registraties.