Pauwen zijn mannetjespauwachtigen, vogelsoorten die tot de familie Phasianidae behoren. Terwijl mannetjespauwen pauwen worden genoemd, staan vrouwtjespauwen bekend als pauwen. Bovendien worden jonge peafowls peachicks genoemd. Er zijn drie soorten pauwen: de Indische pauw, die oorspronkelijk van het Indische subcontinent komt; de groene pauw, die oorspronkelijk uit Zuid-Azië komt; en de Kongo-pauw, die inheems is in Afrika, met name uit het Congobekken. De staartveren van een pauw kunnen wel 2 meter lang zijn, en kunnen tot 60% van de totale lichaamslengte van de vogel uitmaken. Hoewel pauwen massieve lichamen hebben, zijn ze in staat om te vliegen.

Vlucht

Pauwen zijn ondanks hun grote gestalte tot vliegen in staat. Ze kunnen hun vlucht echter niet lang volhouden, en daarom is vliegen beperkt tot korte afstanden. Gewoonlijk fladderen pauwen lang genoeg om te kunnen vliegen. De vogel begint met rennen, springt dan, en springt tenslotte in de lucht om te vliegen. Het grote verenkleed speelt een belangrijke rol en helpt de vogel wanneer hij op het punt staat te landen door de pauw in staat te stellen naar de grond te glijden tot hij op zijn poten landt. Pauwen vliegen vaak alleen als er gevaar dreigt. Verrassend genoeg hebben de lange staartveren van de pauw geen invloed op het vermogen van de vogel om op te stijgen. Hoewel pauwen over korte afstanden vliegen, kunnen ze snelheden tot 10 mijl per uur bereiken.

Dieet

Pauwen eten meestal plantendelen zoals zaden en bloemen. Ze eten ook insecten en andere kleine dieren zoals amfibieën, reptielen en geleedpotigen. In het wild scharrelen pauwen naar voedsel door op de grond te scharrelen waar bladeren liggen, vooral ’s morgens of in de schemering. Op het heetst van de dag trekken de vogels zich terug in de schaduw om te schuilen en aan gevaar te ontsnappen. Pauwen zijn niet kieskeurig, en eten bijna alles wat zij kunnen verteren. Inlandse pauwen kunnen maïs, haver, gekookte rijst en zelfs kattenvoer eten, en genieten ook van eiwitrijk voedsel, evenals groenten en fruit.

Gedrag

Wilde pauwen nestelen vaak op de grond, roesten in bomen, en zijn typisch terrestrische eters. Alle soorten pauwen zijn polygaam. Mannelijke pauwen hebben metatarsale sporen, doornachtige uitsteeksels op de poten, die worden gebruikt in intraspecifieke territoriale gevechten met andere vogels van dezelfde soort. Tijdens de balts produceren pauwen een vocalisatie, die de voornaamste manier is om pauwen aan te trekken. Onderzoek suggereert dat de ingewikkeldheid van de zang in combinatie met het tonen van de verentooi van de pauw wordt gebruikt om pauwen aan te trekken.

Levensduur

Pauwen hebben een levensduur van ongeveer 25 jaar, wat relatief lang is in vergelijking met andere nauw verwante vogels zoals kippen, die gewoonlijk tussen zeven en acht jaar oud kunnen worden, of kalkoenen, die ongeveer tien jaar oud kunnen worden.

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.