Korea is een land dat veel ontberingen heeft moeten doorstaan; Japanse bezetting, Amerikaans imperialisme, oorlog, het verliezen van familieleden als gevolg van de deling van het land, en slavernij. Pas sinds kort is Korea (tenminste Zuid-Korea) bijna bevrijd van de controle van externe krachten, maar de herinneringen aan deze verschrikkingen leven nog steeds in de mensen van vandaag, omdat veel van de wreedheden slechts enkele decennia geleden plaatsvonden. Een manier waarop het Koreaanse volk zijn ontberingen beschrijft is door middel van het woord ‘Han’. De betekenis van ‘Han’ is moeilijk te vinden in het Engels. Er is geen echte definitie van het woord, alleen definities die min of meer beschrijven wat dit woord betekent. De definitie van Han in het Koreaans is iets dat uniek is voor het Koreaanse volk. De beste manier waarop het Engels Han kan beschrijven is dat het een emotie is die een vorm van wrok en haat is. Het woord komt van het Chinese karakter 恨 (Han) dat wrok, haat of spijt betekent. Han, in het Koreaans, heeft veel verschillende vertalingen in het Engels, maar geen enkel woord beschrijft echt wat het betekent; zelfs native-Koreanen veranderen hun definitie van wat “Han” is. Suh Nam-Dong, een Minjung Theoloog, beschrijft Han als “een gevoel van onopgeloste wrok tegen het onrecht dat iemand is aangedaan, een gevoel van hulpeloosheid vanwege de overweldigende kansen tegen iemand, een gevoel van acute pijn in iemands ingewanden en darmen, waardoor het hele lichaam kronkelt en kronkelt, en een hardnekkige drang om wraak te nemen en het onrecht te herstellen – al deze dingen samen.” Anderen definiëren Han als een mengeling van verdriet en wrok, maar met een zweem van hoop binnen het verdriet en de woede. De Koreaanse definitie van ‘Han’ bestond pas na de Japanse bezetting van het Koreaanse schiereiland. Dit woord werd populair om het gedeelde lijden van het Koreaanse volk onder onderdrukking en bezetting te beschrijven. Han is niet iets wat je kunt definiëren, het is iets wat je voelt. Een academisch tijdschrift geschreven door Heather Willoughby, vermeldt een citaat van de Koreaanse auteur Lee Oh-young, auteur van het boek On Crying, waarin gesproken wordt over de relatie tussen Koreanen en huilen. “In verdriet huilen ze, in honger huilen ze, en in grieven huilen ze. Zelfs als ze vrolijk zijn huilen ze omdat ze gelukkig zijn…Men kan niet over Korea spreken zonder het over huilen en tranen te hebben. We huilen niet alleen, maar we horen alles als huilen. Het begint allemaal met het woord ‘huilen’. Als we een geluid horen, noemen we het automatisch ‘huilen’. We vertalen het Engelse ‘birds sing’ als ‘vogels huilen’. Hoewel ‘sing’ betekent dat je een lied zingt, drukken wij het uit als huilen, omdat dezelfde vogelgeluiden die westerlingen horen als een vrolijk lied, wij horen als een droevig huilen” (19, Willoughby, The Sound of Han). Han is het lijden, het verdriet, de wrok en de woede die het Koreaanse volk deelt. Ze hebben een manier gevonden om om te gaan met het lijden van hun land als geheel. en een manier gevonden om samen met de emoties om te gaan.