Geomorfologie, wetenschappelijke discipline die zich bezighoudt met de beschrijving en classificatie van de topografische kenmerken van de aarde.
Hierna volgt een korte behandeling van de geomorfologie. Voor een volledige behandeling, zie geologie: Geomorphology.
Veel geomorfologisch onderzoek is gewijd aan de oorsprong van landvormen. Dergelijke studies richten zich op de krachten die de primaire reliëfelementen van het aardoppervlak vormen en veranderen. Deze krachten omvatten tektonische activiteit en aardverschuivingen aan de oppervlakte (b.v. aardverschuivingen en steenvallen). Zij omvatten ook verwering en de erosie en afzetting van het resulterende gesteentepuin door wind, gletsjerijs en stromen. De laatste jaren wordt ook steeds meer aandacht besteed aan de effecten van menselijk handelen op de fysieke omgeving.
Vanaf het einde van de 19e eeuw zijn vele systemen ontwikkeld om landvormen te classificeren. Sommige systemen beschrijven en groeperen topografische kenmerken hoofdzakelijk volgens de processen die hen gevormd of gewijzigd hebben. Andere houden rekening met aanvullende factoren (zoals de aard van het gesteente aan de oppervlakte en klimaatvariaties) en omvatten het ontwikkelingsstadium van landvormen als een aspect van hun evolutie in geologische tijd.
Geomorfologie is nauw verbonden met een aantal andere wetenschappelijke disciplines die zich bezighouden met natuurlijke processen. Fluviatiele geomorfologie en kustgeomorfologie zijn sterk afhankelijk van vloeistofmechanica en sedimentologie; studies van massabeweging, verwering, windwerking en bodems zijn gebaseerd op atmosferische wetenschappen, bodemfysica, bodemchemie en bodemmechanica; onderzoek naar bepaalde typen landvormen vereist de principes en methoden van geofysica en vulkanologie; en de studie van de invloed van de mens op landvormen is gebaseerd op de disciplines geografie en menselijke ecologie.