>
Alain Le Garsmeur/Getty

Hij werd in de dood nog meer een MYSTERIE dan hij in het leven al was geweest. Elvis Aron Presley ging op 42-jarige leeftijd naar zijn graf zonder ooit al zijn kaarten op tafel te hebben gelegd. En al zijn familieleden – het onderscheid tussen bloedverwanten en bedienden was al lang vervaagd – bleven, temidden van hun verdriet, hun kaarten dicht tegen de borst houden.

De dag voor hij op tournee zou gaan, de week dat het controversiële boek Elvis What Happened? verscheen, dat beweerde zijn privé leven in detail te beschrijven, de maand dat hij opnieuw een plaat in de hitlijsten had staan, viel Elvis dood neer in zijn Graceland mansion en veranderde op slag van ongrijpbare legende in mythe. De stad Memphis, die ook de wereld Holiday Inns schonk, werd opnieuw – al was het maar voor 48 uur of zo – het spirituele hoofdkwartier van de rock & roll.

De stad begon te lijken op een zigeunerkamp toen tienduizenden volgelingen alles lieten vallen wat ze aan het doen waren, waar ze ook waren, en zich een weg baanden naar waar ze wisten dat ze moesten zijn. Het maakte niet uit dat er geen plaats was in de herberg (de 9000 motelkamers van de stad waren al overvol met 16.000 conventerende Shriners), het maakte niet uit dat slechts een paar duizend van de 75.000 het koninklijke lichaam konden zien liggen, het maakte niet uit dat slechts zo’n 200 goede vrienden de diensten bijwoonden. Het was genoeg, zeiden ze, om in dezelfde stad te zijn als de koning toen hij werd opgebaard.

Zelfs te midden van de bijna hysterische bewieroking, echter, bleven de zeurende berichten en speculaties en geruchten over de doodsoorzaak aanhouden. De voorlopige uitspraak was hartfalen, maar de autopsie zou nog minstens een week duren.

Populair op Rolling Stone

Elvis’ laatste week in leven was blijkbaar een gelukkige. Zijn negenjarige dochter, Lisa Marie (naar wie hij zijn privévliegtuig Convair 880 genoemd heeft), was twee weken op bezoek op Graceland. Zij woont in Los Angeles met haar moeder, Elvis’ vroegere vrouw, Priscilla Beaulieu. Op 7 augustus had Elvis Libertyland, een plaatselijk pretpark, afgehuurd van middernacht tot dageraad. Zijn dochter en zijn metgezel, een lokale vrouw genaamd Ginger Alden, en ongeveer 15 vrienden brachten de nacht door in Casey’s Cannonball, de Little Dipper, de Fender Bender en de 11 andere attracties van het park.

Daarbuiten, zeiden vrienden, zwom Elvis dagelijks in het zwembad van Graceland, speelde hij ’s avonds racquet ball en nam hij de muziek door voor zijn 11-daagse tournee, die zijn hoogtepunt zou bereiken met twee shows in het Mid-South Coliseum in Memphis op 27 en 28 augustus. Volgens vrienden had hij extreem overgewicht en hoewel hij Elvis What Happened? had gezien, geschreven door drie van zijn vroegere lijfwachten, leek hij zich nergens aan te storen. Op maandag 15 augustus, stond Elvis laat op, zoals zijn gewoonte was. (Het hoofdartikel van de Memphis Commercial Appeal over zijn overlijden merkte op dat “als hij late uren maakte, hij ook de vrede bewaarde”). Na het vallen van de avond nam hij een van zijn Stutz-Bearcats mee voor een ritje door Memphis. Na zijn terugkeer naar Graceland ging hij naar zijn racquet ball baan en speelde tot ongeveer zes uur ’s morgens dinsdag, 16 augustus.

Om 14.33 uur kwam de oproep binnen bij de brandweer van Memphis, Engine House No. 29 op 2147 Elvis Presley Boulevard. De oproep, van Elvis’ road manager Joe Esposito. zei dat iemand ademhalingsmoeilijkheden had op Graceland. Dat is geen ongewone klacht, aangezien fans vaak flauwvallen buiten het huis van de Presley’s. Charlie Crosby en Ulysses S. Jones Jr. sprongen in Unit No. 6, een “Modular Rev Ambulance” – een oranje en witte doosachtige structuur vastgemaakt aan een GMC chassis – zetten de sirene aan en reden naar het zuiden. Bij 3746 Elvis Presley Boulevard (niemand hier noemt het gewoon Presley of gewoon Elvis) werd de ambulance door een wachtende auto de kronkelige oprijlaan van Graceland op geleid.

Crosby en Jones werden naar boven gebracht, waar Presley op de vloer van zijn badkamer lag. Zijn persoonlijke dokter, George Nichopoulos, diende hartmassage toe.

Ze legden Elvis, in zijn blauwe pyjama, in Unit No. 6 en reden noordwaarts op Elvis Presley Boulevard. Crosby reed en Jones hielp achterin met de reanimatiepogingen. Een aantal van Elvis’ werknemers volgden. Ze sloegen linksaf op Union en raceten naar de ingang van de spoedafdeling van het Baptist Memorial Hospital, slechts vier tienden van een mijl ten oosten van de originele Sun Records studio op 706 Union – nu een leegstaand gebouw van één verdieping met een geel hangslot – waar Elvis voor het eerst opnames maakte. “Adem, Presley, adem!” citeerde de Commercial Appeal zijn dokter die op weg naar het ziekenhuis zei. Het was meer dan te laat. Presley’s lichaam was al blauw.

Zelfs om 14:56 werd hij met spoed naar de eerste hulp gebracht, die toen gesloten werd voor alle andere gevallen. Een “Harvey Team”, dat getraind is in alle middelen om een stervende te reanimeren, werkte aan hem zonder succes. Dr. Nichopoulos verklaarde Elvis Presley uiteindelijk dood om 15u30.

Zijn lichaam, dat opgeblazen begon te geraken, werd overgebracht naar het mortuarium van het ziekenhuis op de tweede verdieping. Het lijkenhuis werd afgesloten door strenge beveiliging en de voorlopige autopsie begon, met elke belangrijke arts in het ziekenhuis aanwezig. Dr. Jerry Francisco, de lijkschouwer van Shelby County, werd ook opgeroepen. Hun voorlopige conclusie was hartritmestoornissen en aderverkalking.

“Elvis had de aderen van een 80-jarige man,” zei een medewerker van het Baptist Ziekenhuis. “Zijn lichaam was gewoon versleten. Zijn slagaders en aders waren vreselijk aangetast.”

“Hij was hier al vijf keer in het ziekenhuis opgenomen,” zei de medewerker. “Gewoonlijk ging hij eerst naar huis, naar Graceland. Maar de laatste keer, in april, vlogen ze hem rechtstreeks vanuit Louisiana hierheen. Elke keer werd de beveiliging strenger. Deze keer, toen hij dood was, was het krap.

“Een autopsie duurt meestal 24 uur. Normaal gesproken worden alle vitale organen die verwijderd zijn voor onderzoek, teruggebracht en in een zak gestopt en in de kist gedumpt voor de begrafenis. Maar niet in Elvis’ geval. Zijn hersenen, zijn hart, zijn lever, zijn nieren en al de rest zijn hier gehouden voor testen.” (Maurice Elliott, de vice-president van het Baptist Ziekenhuis, zei: “Alle organen werden verwijderd, en dat is niet ongewoon.” Elliott voegde eraan toe dat “we nog geen definitieve doodsoorzaak hebben, en zoals de lijkschouwer. Dr. Francisco zei, zullen we misschien nooit de exacte doodsoorzaak weten. Omdat Dr. Francisco de dood door natuurlijke oorzaak verklaarde, werd het een privé-zaak. Dus, alle autopsie bevindingen zullen worden doorverwezen naar de familie en dan zal een publieke aankondiging van de resultaten aan de familie zijn.”)

“Hij was hier opgenomen van 1 tot 6 april van dit jaar, na het afbreken van een tournee. En Elvis was hier voor twee weken in januari en februari van ’75, voor twee weken in augustus en september van ’75, voor twee weken in oktober van ’73,” zei de ziekenhuismedewerker. “Ze behandelden hem voor alles – hypertensie, vergrote dikke darm, gastro-enteritis, maagontsteking. Hij kreeg cortisone behandelingen, en ik hoorde dat dat voor artritis was, maar één dokter zei dat Elvis misschien systemische lupus erythematosus had. Lupus is een uiterst zeldzame, chronische ontsteking van het zenuwstelsel, de nieren en de huid. Het wordt behandeld met cortisone. Hij had ook een ernstige leveraandoening. Cortisone zou zijn gewicht kunnen verklaren – hij was een grote man; hij woog minstens 230 pond.”

Dokters van Baptist Memorial verwierpen de lupus theorie en zeiden dat de definitieve resultaten van de autopsie misschien pas over weken bekend zullen zijn. Elvis’ lichaam werd om 20.10 uur per lijkkoets uit het Baptist Memorial gehaald en in Union naar het Memphis Funeral Home gebracht om gebalsemd te worden. De volgende ochtend werd hij naar de foyer van Graceland gebracht om daar te rusten.

Nauwelijks nadat zijn dood dinsdag om vier uur ’s middags werd bekendgemaakt, begonnen de rouwenden zich te verzamelen buiten Graceland, een verrassend bescheiden, 18 kamers tellende voormalige kerk die Elvis in 1957 voor zijn moeder kocht.

Om GRACELAND te bereiken, rijd je zuidwaarts op Elvis Presley Boulevard, dat deel van Bellevue dat in 1972 werd hernoemd naar de favoriete zoon van Memphis. Je rijdt door een buurt in verval voorbij Forest Hill Cemetery Midtown waar zijn moeder, Gladys Smith Presley, in 1958 werd begraven, eveneens op 42 jarige leeftijd, voorbij Denny’s Restaurant, voorbij een open veld van 11 acres dat Elvis bezit, en daar, op 3746, staat een laag, stenen hek met een gekartelde top, een wit ijzeren hek en een rood bakstenen poortgebouw om Elvis’ privacy te bewaken.

Elvis’ vader, Vernon, had besloten om de rouwenden woensdag van drie tot vijf uur ’s middags langs de open kist in Graceland te laten lopen, en de mensenmenigte op Elvis Presley Boulevard was angstaanjagend geworden. Letterlijk kilometers van rouwenden strekten zich uit in beide richtingen, wachtend op een laatste glimp. Het was de meest uitgebreide dwarsdoorsnede van Amerika die men zich maar kan wensen: motorrijders, zakenlui, kinderen, Shriners in clownshemden en een leger vrouwen van middelbare leeftijd, velen van hen snikkend.”

Het terrein van Graceland Christian Church, de noordelijke buur van Elvis (aan de zuidkant is de podotherapie kliniek), was al snel bezaaid met frisdrankblikjes en filmwikkels. De bomen van de kerk knakten onder het gewicht van de mensen die voorbij de stenen omheining probeerden te kijken. En het winkelcentrum aan de overkant van Graceland stroomde al snel vol met auto’s en mensen en souvenirverkopers. Een vrouw leunde tegen de wegwijzer voor “Mr. Tax of America” en snikte openlijk terwijl ze luisterde naar “Love Me Tender” uit een naburige autoradio.

Binnen het terrein was de pastorale rust verbluffend, eens je voorbij het perscomplex en de afgezette medische zone was. Bovenaan de rondlopende oprijlaan stonden meer bloemen dan men kon tellen: tientallen bloemenkransen en jachthonden en harten. Uiteindelijk leverden honderd bestelwagens 3166 bloemstukken af, gestuurd door iedereen, van de Sovjet-Unie tot Elton John en het Memphis Police Department.

Graceland is een ingetogen, twee verdiepingen tellend, wit bakstenen koloniaal gebouw. Twee massieve, witte stenen leeuwen flankeren de deuropening. Achter hen staan mannen van de Air National Guards in opperste paraatheid. Net binnen de foyer werd Elvis opgebaard in een met koper beklede doodskist van 900 pond onder een kristallen kroonluchter. Wit linnen was over de vloer uitgespreid en grimmige, stille lijfwachten stonden verspreid in de kamer. Elvis was gekleed in een zuiver wit pak, lichtblauw hemd en witte das. Het gezicht was fascinerend: vreselijk bleek en pafferig maar nog steeds knap. De vrouw vlak voor mij in de rij, toen ze dat gezicht zag, zakte zichtbaar in elkaar alsof ze net een kogel had opgevangen. Haar snikken waren de enige geluiden in de kamer.

Te midden van de klaarheid en glorie van de dood, waren kinderen aan het skateboarden vlak naast een huilend meisje dat minstens 25 exemplaren van de Pers-Scimitar vasthield, met als kop: EEN EENZAAM LEVEN EINDIGT OP ELVIS PRESLEY BOULEVARD. Andere kinderen speurden de parking af met boodschappentassen, op zoek naar frisdrankflessen die teruggenomen konden worden.

Om vijf uur begon het zachtjes te regenen, maar niemand stond op het punt te vertrekken. De poorten zouden dan sluiten, maar de politie had te maken met ongeveer 10.000 mensen. Uiteindelijk kwam het bevel van “de familie”: de poorten zouden om half zeven gesloten worden. Dat gebeurde ook. Het leek een tijdje kantje boord – een geweldige menigte stormde naar de poorten onder boegeroep en tranen en snikken. Uiteindelijk gaf de menigte het op. De rotswand tegenover Elvis Presley Boulevard is laag genoeg om over te springen, maar niemand probeerde het.

De laatste mensen in de rij waren Mike en Cheryl Smelser, uit Memphis. Hoe voelde het om laatste in de rij te zijn? “Op dit moment voelt het niet zo goed,” zei Mike.

Het gekraai buiten GRACELAND liet niet op zich wachten. In de vroege ochtenduren van donderdag 18 augustus vielen de eerste twee Elvis Presley-gerelateerde sterfgevallen. Om vier uur ’s morgens gingen Alice Hovatar en Juanita Johnson, beiden uit Monroe, Louisiana, en Tammy Baiter uit St. Clair, Missouri, naar de middenberm van Elvis Presley Boulevard om met agent W.C. Greenwood te praten. Alice zei tegen hem, “Ik kan niet geloven dat hij dood is.” Toen, volgens getuigen, reed een witte Ford uit 1963, bestuurd door een man die geïdentificeerd werd als Treatise Wheeler, 18 jaar, langzaam naar het zuiden en maakte een plotselinge U-bocht op de parkeerplaats van het winkelcentrum voor de Hickory Log. De banden roken en de Ford reed naar het noorden, recht op de middenberm af, met een snelheid van 50 km/u. Agent Greenwood gooide zijn zaklamp tegen de voorruit, maar het was te laat.

De auto raakte de drie meisjes en gooide ze om als luciferstokjes. Johnson en Hovatar, hun lichamen onherkenbaar verminkt, waren op slag dood. Baiter blijft in kritieke toestand. Agenten arresteerden Wheeler onmiddellijk.

Wheeler verscheen vrijdag voor de rechter en werd, nadat zijn moeder had gezegd dat hij geestelijke problemen had, zonder borgtocht vastgehouden.

Omstreeks dezelfde tijd werden 1700 exemplaren van de Commercial-Appeal gestolen en verkocht voor prijzen tot vijf dollar.

De besloten begrafenis op donderdag was sober en eenvoudig. Dragers waren oude vrienden Lamar Fike, George Klein en Joe Esposito, gitarist Charlie Hodge, neven Billy en Gene Smith, Beach Boys road manager Jerry Schilling, lijfarts Dr. George Nichopoulos en platenproducer Felton Jarvis. Ongeveer 200 mensen verdrongen zich om twee uur ’s middags in en uit Elvis’ muziekkamer op Graceland om te luisteren naar de toespraken van Rex Humbard, de TV evangelist uit Akron, Ohio; komiek Jack Kahane, die shows had geopend voor Elvis; en dominee C.W. Bradley, pastoor van Memphis’ Wooddale Church of Christ. Bradley hield de belangrijkste grafrede.

Daarna zwoegde de karavaan, geleid door een zilveren Cadillac gevolgd door de witte Cadillac lijkkoets met Elvis’ lichaam en 17 witte Cadillac limousines, zich een weg langs omstanders naar Forest Hill Cemetery Midtown.

Een korte ceremonie volgde in het wit marmeren mausoleum waar Elvis om 16:24 p.m. werd begraven in een zes-crypte familiekamer. Elvis’ manager, Kolonel Tom Parker, zat een tijdje buiten op een politiemotor. Elvis’ vrienden zeiden dat de Kolonel niemand liet weten hoe hij zich voelde. (Er werd openlijk gespeculeerd dat Kolonel Parker eerder zijn contract met Elvis had opgezegd. Road manager Joe Esposito zei dat dat belachelijk was: “Ik belde de Colonel daarover. Hij lachte en zei: ‘Waar beginnen die verhalen toch?’ De plannen van de Colonel zijn vandaag dezelfde als wanneer Elvis hier nog zou zijn. Ze hadden een geschreven contract.”)

Vernon Presley bleef bij zijn zoon nadat alle anderen het mausoleum hadden verlaten en kwam zichtbaar geschokt tevoorschijn.

Familie en vrienden keerden terug naar Graceland voor een zuiders avondmaal. Vernon Presley besloot alle bloemen aan de fans te geven, en om 8u25 vrijdag werden de poorten naar Forest Hill geopend. Tegen 11u30 waren de bloemen weg.

Elvis’ eerste producer, Sam Phillips van Sun Records faam, zei dat hij dacht dat het mogelijk was dat Elvis stierf aan een gebroken hart, omdat hij nooit echte vrienden kon vinden. Elvis’ laatste producer, Felton Jarvis, zei dat Elvis misschien een doodswens had en dat het niet de fans waren die hem gedood hadden, maar de mensen rondom hem. Een jonge vrouw genaamd Vicki zei: “Hé, je hoeft maar op een hoek hier in Whitehaven te gaan staan en je zult mensen vinden die naar feestjes in zijn huis zijn geweest. Middelbare school meisjes kregen nieuwe auto’s van hem. Hij huurde iemand in om met hem te racquetballen, dat was zijn enige baan. Elvis liet altijd iemand zijn zwarte tas met zijn ‘geloofsbrieven’ dragen: dat waren al zijn politiebadges.”

Na de begrafenis, toen het allemaal voorbij was, bleef de menigte buiten Graceland groeien. Een karavaan van zes auto’s arriveerde laat op donderdag. Wanda Magyor, 33, uit Latrobe, Pennsylvania, wiebelde met een baby op haar heup terwijl ze vertelde over haar liefde voor Elvis. “We blijven hier de hele nacht alleen maar om op het kerkhof te komen. We hebben de hele nacht gereden om hier te geraken. Ik zal een bloem halen van het kerkhof.”

Een van haar metgezellen, Myrtle Smith, zei: “Dertig van ons besloten hierheen te komen omdat er nooit meer iemand zoals hij zal zijn. Hij was de koning van iedereen en vooral van ons volk. Hij was de koning van de zigeuners. Hij was van ons.”

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.