De onzichtbare, onbekende inspiratiebron voor alle seksfraude van Don Quichot, Dulcinea, zo wordt ons verteld, is een eenvoudige boerin die geen weet heeft van de dappere daden die Don Quichot in haar naam begaat. We ontmoeten Dulcinea nooit in de roman, en bij de twee gelegenheden dat het erop lijkt dat ze zou kunnen verschijnen, houdt een list haar weg van de actie. In het eerste geval onderschept de priester Sancho, die op weg is om een brief van Don Quichot aan Dulcinea te bezorgen. In het tweede geval zegt Sancho dat Dulcinea betoverd is en dat hij haar daarom niet kan vinden.
Ondanks haar afwezigheid in de roman, is Dulcinea een belangrijke kracht, omdat zij Don Quichot’s ridderlijke opvatting van de perfecte vrouw belichaamt. In zijn ogen is zij mooi en deugdzaam, en zij compenseert haar gebrek aan achtergrond en afkomst met haar goede daden. Don Quichot beschrijft haar voornamelijk in poëtische termen die weinig zeggen over haar kwaliteiten. Ze is dus niet belangrijk om wie ze is, maar om wat haar karakter voorstelt en om wat ze aangeeft over Don Quichot’s karakter.