1. Welke van de volgende vormen is de laag bindweefsel die een enkele spiervezel omhult?
  1. Endomysium
  2. Perimysium
  3. Epimysium
  4. Myomysium
2. Welke van de volgende is de eerste fase van periodisatietraining?
  1. Krachtfase
  2. Hypertrofiefase
  3. Krachtfase
  4. Planfase
3. Bij welke van de volgende hefboomklassen bevindt het steunpunt zich aan één uiteinde en wordt de kracht uitgeoefend tussen het steunpunt en de last?
  1. Klasse I Hefboom
  2. Klasse II Hefboom
  3. Klasse III Hefboom
  4. Klasse IV Hefboom
4. De A-band bestaat uit __ myosine filamenten.
  1. 2
  2. 3
  3. 4
  4. 6
5. In een myofibril kunnen in doorsnede ___ actines interageren met elke myosine.
  1. 2
  2. 3
  3. 4
  4. 6
6. Welke van de volgende is een voorbeeld van een penniforme spier?
  1. Transversus Abdominis
  2. Abductor Longus
  3. Supraspinatus
  4. Peroneus Tertius
7. Welke van de volgende is een voorbeeld van een scharniergewricht?
  1. Elboog
  2. Schouder
  3. Heup
  4. Atlas en Axis
8. Welke van de volgende is de juiste formule voor het berekenen van de streefhartslag?
  1. Doelhartslag = % intensiteit X hartslagreserve + hartslag in rust
  2. Doelhartslag = % intensiteit X hartslagreserve – basishartslag + hartslag in rust
  3. Doelhartslag = % intensiteit X hartslag + hartslag in rust
  4. Doelhartslag = % intensiteit X hartslag – hartslag in rust
9. Welke van de volgende is geen fitness misvatting?
  1. Extra zweten betekent dat je uit vorm bent.
  2. Water drinken tijdens het sporten geeft iemand kramp.
  3. Als iemand stopt met trainen, veranderen spieren in vet.
  4. Sporten kost extra energie.
10. Welk van de volgende zaken is geen kenmerk van het gebruik van groeihormoon?
  1. Induceert voorlopercellen om te differentiëren
  2. Geeft afscheiding van insuline-achtige groeifactor I
  3. Direct stimuleert ATP-productie
  4. Stimuleert eiwitsynthese
11. Hoeveel aminozuren moet u uit uw voeding halen en kunnen niet door uw eigen lichaam worden aangemaakt?
  1. 5
  2. 7
  3. 9
  4. 11
12. Welk van de volgende stoffen is geen bijproduct van eiwitafbraak?
  1. Stikstof
  2. Hydrogeen
  3. Zuur
  4. Enzymen
13. Welk van de volgende zaken is geen bijproduct van overtraining?
  1. Balans tussen inspanning en herstel
  2. Training overschrijdt fysiologische en psychologische capaciteit van individu
  3. Kan negatief effect hebben op krachttraining
  4. Leidt altijd tot blessures of ziekte
14. Welk van de volgende dingen is niet waar over isometrische oefeningen?

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.