1. Zuiderlingen worden niet “boos”…ze hebben een “hissy fit”.
Loraine had een hissy fit toen ze ontdekte dat Billy haar auto had laten crashen.
2. Zuiderlingen hebben het niet “erg druk”…ze “rennen rond als een kip waarvan de kop is afgesneden”.
Deze term verwijst naar boeren die kippen onthoofden. De kip rent nog steeds als een gek rond nadat hij is onthoofd.
Ik heb zoveel te doen dat ik rondren als een kip met een afgesneden kop.
3. Zuiderlingen bestellen geen “frisdrank”…ze willen een “koude drank”.
Je zult het woord “pop” nooit horen in het zuiden, maar veel mensen zullen vragen wat voor koude drank je wilt. Men kan je ook vragen wat voor cola je wilt. Het is dezelfde vraag.
Wat voor koude drankjes hebben jullie?
4. Zuiderlingen zeggen niet dat iemand “onbetrouwbaar” is… ze zeggen “Hij is een slang in het gras”.
Zoals iemand die niet te vertrouwen is, ligt een slang laag in het gras, verborgen voor roofdieren, maar ze kunnen snel bewegen.
Ik mag Junior helemaal niet. Hij is een slang in het gras.
Dit verhaal is geproduceerd door de reisjournalistiek programma’s van MatadorU.
5. Zuiderlingen verwijzen niet naar mensen met hun achternaam. Voornamen zijn prima.
Als John Smith een zaak binnenloopt, kun je maar beter geloven dat hij Mr. John wordt genoemd voordat hij Mr. Smith wordt genoemd. Hetzelfde geldt voor Jane Jones; zij is Miss Jane.
6. Zuiderlingen zijn niet “gelukkig”…ze zijn “gelukkiger dan een varken in drek”.
Het schijnt dat varkens gelukkiger zijn als ze zich wentelen in drek. Ik heb het nooit aan een varken gevraagd, maar het schijnen zeer tevreden boerderijdieren te zijn.
Toen Bettie die kamer binnenliep, was Mike gelukkiger dan een varken in de modder.
7. Zuiderlingen noemen je niet “dom”…ze zeggen “het licht van de veranda brandt, maar er is niemand thuis”.
Kijk eens naar die rapportkaart. Het portieklicht brandt, maar er is niemand thuis.
8. Zuiderlingen zullen niet zeggen dat iemand “onaantrekkelijk” is…ze zullen zeggen dat hij “uit de lelijke boom is gevallen en elke tak op zijn weg naar beneden heeft geraakt.”
Ik keek één keer naar hem en ik wist dat hij uit de lelijke boom was gevallen en elke tak op zijn weg naar beneden heeft geraakt.
9. Zuidelijken gebruiken geen “winkelwagentjes” … ze gebruiken “buggy’s”.
Zowat iedereen in het zuiden noemt een winkelkarretje een buggy. Wie weet waar dat vandaan komt, maar ik studeerde al voor ik het wist. Darlin’, als je klaar bent met je buggy, mag ik hem dan hebben?
10. Zuiderlingen zijn niet “arm”…ze “hebben geen pot om in te pissen of een raam om het uit te gooien”.
Deze zuidelijke uitdrukking stamt uit de tijd dat gezinnen nog geen toilet hadden, in plaats daarvan deden ze hun behoefte in een pot. In dit geval, als je heel arm was had je geen pot of zelfs maar een raam om het weg te gooien.
Lucinda doet alsof ze rijk is, maar ze heeft geen pot om in te pissen of een raam om het uit te gooien.